Update auteurscontractenrecht

Hoofdstuk 5 – De exploitatieovereenkomst: het wettelijk kader
  • Linktekst
  • Vijf jaar na invoering van de Wet auteurscontractenrecht zou de wet worden geëvalueerd. Het rapport van de onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam en de Universiteit Leiden in opdracht van het WODC verscheen in oktober 2020. In zijn brief aan de Tweede Kamer meldt de minister van Rechtsbescherming Sander Dekker de volgende reactie en beleidsvoornemens.

    De onderzoekers geven aan dat het, vijf jaar nadat de wet in werking is getreden, nog te vroeg is om de vraag te beantwoorden of de wet haar doelen reeds heeft bereikt. Zij hebben zich daarom in het onderzoek gericht op een beschrijving van de effecten van de invoering van de wet op de contractuele praktijk, op het signaleren van praktische onduidelijkheden en aandachtspunten en op het aandragen van mogelijke oplossingen. Auteurs en artiesten blijken maar zelden op de bepalingen van de wet een beroep te doen. Daarbij lijkt de angst voor verlies aan opdrachten of om op een zwarte lijst te komen een belangrijke rol te spelen. Ook blijkt de door de wet in het leven geroepen laagdrempelige geschillenprocedure nauwelijks te functioneren. 

    De minister kan zich op hoofdlijnen vinden in de geconstateerde aandachtspunten en aanbevelingen van het onderzoek en ziet hierin aanleiding om wijziging van de wet te overwegen. 
    Zo kondigt hij aan een voorontwerp van wet op te stellen waar in ieder geval de aanpassing van artikel 45d Auteurswet inzake de collectief beheerde proportionele billijke vergoeding voor beschikbaarstelling van filmwerken (video on demand) onderdeel van zal uitmaken. Het veld zal over het voorontwerp van wet inzake het auteurscontractenrecht uitvoerig worden geconsulteerd. De minister verwacht het voorontwerp van wet in het eerste kwartaal van 2021 in consultatie te kunnen geven.
    Daarnaast zal ook overleg met het veld gevoerd worden over de door de onderzoekers gedane aanbevelingen die zich (mede) richten op het handelen door partijen in het veld. Dit ziet op de aanbevelingen bij artikel 25c (onderhandelingen over collectieve vergoedingen), artikel 25d (best practices over de vergoeding van makers bij exploitatiesucces) en artikel 25g (makersorganisaties moeten meer gebruik maken van de mogelijkheid om collectief - en dus voor de maker anoniem - geschillen over algemene voorwaarden of modelcontracten aanhangig te maken). In dat kader zal ook aandacht worden besteed aan het in zijn algemeenheid stimuleren van de totstandkoming van collectieve regelingen waar door de onderzoekers ook een aantal positieve ontwikkelingen zijn waargenomen. 
    Een wetsvoorstel tot wijziging van het auteurscontractenrecht wordt op zijn vroegst in 2022 verwacht.
    © Auteursrecht 2020